In de digitale nieuwsbrief van Schaakclub de Cirkel uit Ede schreef Ben Zee, broer van onze onlangs overleden oud-voorzitter en erelid Cees, in 2009 onderstaand artikel.

UIT DE OUDE DOOS

Veel leden van De Cirkel – dan bedoel ik met name de ouderen onder ons – herinneren zich wellicht nog de bijdragen van J. de Vries in de Circulaire onder de titel “Uit de oude doos”. De Vries analyseerde daarin een door hem in het verleden gespeelde partij. Interessant. In de wandelgang hoorde men nog wel eens zeggen: “ Zit daar nu iemand op te wachten?” Het zullen er waarschijnlijk weinigen zijn geweest. Er is immers zoveel aanbod van leerboeken, computerprogramma’s etc, dat een gepubliceerde partij niet zo veel zal toe voegen aan de kennis van de leden. De auteur van het stukje vindt het misschien leuk om zijn partij te tonen, vooral als hij op een fraaie manier heeft gewonnen.

Toen de voorzitter van de redactiecommissie mij benaderde met de vraag of ik een bijdrage had voor de digitale nieuwsbrief, moest ik even denken aan de bijdragen van de Vries. In overleg met de voorzitter heb ik besloten een “oude doos partij” te publiceren, vooral omdat er een verhaal aan vast zit, dat misschien aardig is voor de leden. En dat is toch één van doelstellingen van de digitale nieuwsbrief: Kom met een bijdrage, die het contact tussen de leden kan bevorderen. Aan de sceptici onder u wil ik u mede delen dat ik niet voornemens

ben een poging te doen om in de voetsporen te treden van de oude de Vries. Waarschijnlijk blijft het in dit verband bij een éénmalig optreden. Genoeg ingeleid.

Ik wil u meenemen naar 16 juni 1961. Plaats van handeling:Emmeloord.

Het ging om het kampioenschap van de Noord Oost Polder.

Ik speelde in de eerste ronde tegen C. Zee. Hij is mijn broer. Hij was toen 26 jaar en ik was toen 17 jaar. We waren in die tijd ongeveer gelijkwaardig. De jaren daarvoor was ik veelal de mindere, maar, zoals dat met jeugdschakers meestal gaat, mijn niveau ging met rasse schreden vooruit.

 

Wit: C. Zee

Zwart: B. Zee

 

1. e2-e4, c7-c6.

In die tijd was ik, onder invoed van Botwinnik een fan van de Caro-Kannverdediging. 

2. d2-d4, d7-d5 3. e4-e5, Lc8-f5 4. Pb1-c3, e7-e6 5. Pg1-f3, h7-h6

6. Lf1-d3, Lf5xd3 7. Dd1xd3, Pb8-d7 8. 0-0, c6-c5? 9. Tf1-e1, c5xd4? 10. Pf3xd4, a7-a6???11. Pd4xe6!

De zwarte stelling wordt na enkele slechte zetten via twee stukoffers van wit volledig opgeblazen.

11…..f7xe612.Dd3-g6+, Ke8-e7 13. Pc3xd5+, e6xd5 14. e5-e6, Pd7-f6

15. Dg6-f7+, Ke7-d6 16.Df7xb7

Direct 16. Lc1-f4, Kd6-c6 zal ook wel winnen

16….g7-g5 17. b2-b3

dreigt 18. Lc1-a3 mat 

17…..Pf6-e4

misschien bood 17….Dd8-a5 zwart meer kans op ontsnapping.

18. f2-f3, Pe4-c5 19. Lc1-a3, Dd8-c8?

Een slechte zet in een verloren stand. 19….Dd8-c7 gaat niet wegens 20. La3xc5+ met damewinst. En na 19….Dd8-b8 geeft wit met 20. Db7-d7 mat.

Misschien kan zwart met 19….Ta8-b8 20. Db7xa6+, Dd8-b6 het vege lijf nog redden.

20. Db7-b6+!

Hoog tijd om op te geven zou je zeggen. Na 20…Kd6-e7 volgt 21.La3xc5+ en wit wint.

20…..Dc8-c6?

Het lijkt wel of zwart de gifbeker helemaal leeg wil drinken.

 

 

Cees Zee - Ben Zee na 20. .. Dc6

Nadat wit niet onmiddellijk 21. La3xc5 mat had gespeeld, raakte ik in eerste instantie enigszins in verwarring. Ik geef met zwart de gelegenheid aan wit de partij fraai af te maken. En nu laat hij dat na. Wat is dat voor sadistisch gedoe?

Ik heb de hele avond al met samen geknepen billen moeten schaken en nou blijft het genadeschot achterwege.

Toen mijn broer in diep gepeins verzonken bleef, onstond bij mij in tweede instantie de vraag: zou hij het niet zien? Dat kan toch niet? Mijn broer was een tijdnoodspeler (hij ook!), maar hij had nog veel tijd. Dus dacht ik: Hij vindt de matzet vast nog wel. Ik ging intussen, zoals gebruikelijk, maar aan de wandel.

Quasi zelfverzekerd blikte ik naar de stellingen die elders in de speelzaal waren ontstaan. Ik keek natuurlijk ook terloops naar mijn eigen bord.

Nog steeds had mijn broer het hoofd geklemd tussen zijn handen. Wat mij opviel was zijn rode gelaatskleur. Dat duidde er kennelijk op dat hij geen “ goede” voortzetting kon vinden. Na elke andere zet dan 21. La3xc5 mat staat wit verloren. Hij heeft tenslotte twee paarden geofferd voor drie pionnen en dat is veel te weinig.

Tenslotte speelde wit met veel misbaar 21. Db6xc6???, waarna ik uiteraard 21…..Kd6xc6 speelde. Ik kon niet wachten mijn broer er op attent te maken dat hij een grote kans had laten liggen. Misschien was het beter geweest dat na beëindiging van de partij te doen. Het gehalte aan stresshormonen was natuurlijk hoog (en bij mij uiteindelijk ook). En het was daarbij natuurlijk ook hoogst ongepast dat ik ook maar een spoor van triomfalisme zou laten blijken. De reactie van mijn broer was heftig. Als jonge vent van 27 jaar, in het dagelijks

leven boer, had hij een sterk hart. En wij speelden met robuust meubilair, waar je niet zo gemakkelijk van af kon vallen. De exacte mondelinge reactie herinner ik mij niet meer precies. Wel dat deze luid was. Veel schakers lieten hun stelling voor wat het was en kwamen toegesneld naar ons bord. Onder hen ook de twee dominees Albeda (twee broers), die het tumult wenkbrauwfronsend gade sloegen. Om de situatie enigszins te sussen bood ik mijn broer aan een biertje te

gaan halen. Dat was uitzonderlijk. Hij had geld en ik als middelbare scholier niet. Nadat de rust was weergekeerd, hervatte een ieder zijn partij, wij dus ook. Mijn broer wilde de partij nog niet opgeven. Ik speelde met een dubbel gevoel. Enerzijds aan de dood ontsnapt, anderzijds nagenoeg met een gestolen punt op zak. Ik had natuurlijk mijn broer later in de partij remise kunnen aanbieden om het hem aangedane “onrecht” enigszins te compenseren. Dat kwam niet in mij op. Dat zal wel met de leeftijd te maken hebben gehad en er stond ook een titel op het spel. We speelden verder als een potje voetbal met een lekke bal.

De rest geef ik volledigheidshalve in de korte notatie.

22. Lb2Th7 23.Ta1-d1Te7 24. La3 Txe6 25. Tf1Tc8 26. Lb4Te2 27. Ld2,Ld6 28. a4,Pf6 29. Lc3, Ph5 30. Tf2, Lxh2+ Wit geeft op

Ik won uiteindelijk het kampioenschap van de Noord Oost Polder. De Eip Janssen [zonder twijfel "uw verslaggever"; FH] van de schaakclub Emmeloord meldde in de krant dat ik dat verdiend had, zij het hier en daar met tikkeltje geluk. Dat was niet helemaal waar. Dat was alleen tegen mijn broer. De verhouding tussen mijn broer en mij is gelukkig goed gebleven. We hebben niet vaak meer over de gewraakte partij gehad.

Rest nog te vermelden dat mijn broer enkele later voorzitter is geworden van deschaakclub Emmeloord. Hij is dat thans op 74-jarige leeftijd nog steeds! Ik begrijp daar niets van. Alleen Fidel Castro overtreft hem daarin.

Ben Zee