In 1973 - het ging er in het nieuws over - sprak de toenmalige premier Joop den Uyl denk volke toe en kondigde enerchie- (zo sprak hij dat uit) ofwel olieconsumptiebeperkende maatregelen aan. De meest in het oog springende was de autoloze zondag. Alleen wie daartoe een dringende noodzaak kon aantonen, mocht op die dagen gemotoriseerd op vier wielen de weg op. De rust die dat gaf, herinner ik me nog goed! Hoewel verboden, waagden sommigen zich per fiets op de autosnelwegen! 
Onlangs was er opnieuw een premier aan het woord, ditmaal Mark Rutte, en hij bond ons op het hart afstand te bewaren en vooral thuis te blijven, tenzij om werkzaamheden uit te voeren die écht niet van huis uit zouden kunnen. En passant werden alle horecagelegenheden en sportclubs gesloten. Daarmee is dan nu de volgende -loze periode aangebroken. Vanmiddag ging ik op zoek naar die frisse neus en ik nam een nerveuze stemming waar. Eenieder leek haast te hebben om zich zo snel mogelijk weer naar binnen te begeven. Georganiseerd langs elkaar heen leven, is wat we nu doen. Onwerkelijk, maar dringend noodzakelijk. 
Wat doet een mens dan thuis? Met velen van jullie ben ik het eens dat een schaakpartij zich live hoort af te spelen met een tegenstander van vlees en bloed die tegenover je zit en die je het liefst eens en voor altijd zou willen afleren nog het lef te hebben tegen jou aan te treden! Maar ja, dat zit er nu niet in, en het spel op al die platforms is toch wat anders. 
Nu ook de laatsten der mohikanen op last van de Fide en de Russische regering hun activiteiten ontijdig hebben moeten staken, rest ons niets anders dan te bladeren in onze annalen... En... dat biedt kansen! In mijn kast ligt een vergeeld notitieblokje waarin ik een aantal schaakproblemen bewaar die ik dat grijze verleden, die jaren waarin wij even enerchie moesten sparen, heb gecomponeerd! In de tijd dat ik met schaken startte, rond de match Spasski - Fischer in 1972, schafte ik voor mezelf het boekje Chess problems gems by eight eminent American composers aan van ene Kenneth S. Howard en startte met componeren. Het was overigens het enige onderdeel van het spel waar mijn broer interesse voor had, dus af en toe werkte hij mee. Van de componisten vond ik vooral Samuel Loyd (1841 - 1911) interessant, omdat hij altijd bijzondere elementen in zijn composities opnam. Daarop kwam de volgende compositie tot stand, die ik hieronder laat zien in de versie zoals hij na revisie in 1984 eruit zag.

 

Het probleem waarop bovenstaande studie is gebaseerd, verscheen in 1858 in de Philadelphia Evening Bulletin. Hieronder laat ik het zien.

Het was mijn doel als jong broekie de grote Loyd in één opzicht te overtreffen. Zien jullie in welk opzicht ik daar in geslaagd ben?

 

11 april 2020, tijd voor de oplossingen.

De oplossing van de tweezet van Samuel Loyd is 1. Dg7-a1! en wit geeft mat tegen ieder antwoord! Bepaald elegant is dat als zwart met zijn toren de a-lijn verlaat, wit mat zet met 2. Da1-a8 en als de dame de onderste lijn vrijgeeft is het mat na 2. Da1-h1! Ook kan de dame niet geslagen worden: 1. .. Dxa1 2. Pxb6 of 1. .. Txa1 2. Pxe3. De antwoorden op andere zetten van zwart kan een ieder zelf erbij zoeken.
Toen ik - lang geleden - dit probleem voor het eerst zag, wilde ik de uitdaging wel aan om nóg een hoek toe te voegen en zo ontstond het bovenste probleem. De sleutelzet heb ik daarmee ook direct verklapt. Wit wint met 1. Da1-h8! en zet nadat de torens de onderste- of de h-lijn verlaten mat met respectievelijk Dh8-a8 en Dh8-h1, terwijl op slaan van de dames een mat klaarligt met 2. Pf7-g5 of 2. Pd7-f6.

Frank Hoogenboom