In memoriam Nico Lemsom (7-4-1946 / 15-5-2024)

In de jaarvergadering 2011 van Schaakclub Emmeloord verklaarde Nico Lemsom dat hij zou stoppen als teamleider van het eerste. Tijdens de rondvraag merkte het lid Henk Valkema vervolgens op dat hij het jammer zou vinden als Nico ermee op zou houden. Een half jaar later werd het eerste kampioen van de promotieklasse van de Friese Schaakbond en… bleek Nico nog steeds de teamleider te zijn. Blijkbaar had hij zich laten overtuigen om toch nog even door te gaan. Dat zijn teamgenoten en de club daar blij mee geweest zullen zijn, is geen wonder. Nico was een nuchtere man die altijd naar oplossingen zocht. Kon het niet linksom dan probeerde hij het rechtsom, en waarom zouden we ons druk maken? Onder schakers zijn nogal wat mensen die veel strikter in het leven staan, en dan was het altijd wel handig als iemand als Nico de nuance kon benoemen. Misschien werd hem dat ook wel eens teveel, getuige het voorval aan het begin van mijn verhaal.

Nico was een vaste waarde op onze schaakclub. Al rond 1965 moet hij lid geweest zijn, want híj was het die Henk op de club introduceerde. In 1966 strikte hij ook Leendert Plat voor de club, nadat hij bij Leendert thuis tegen hem had gespeeld (en verloren). Al die jaren is Nico onze club trouw gebleven, niet alleen als lid en teamleider, maar ook als secretaris. Dat was nog in de tijd van de papieren archieven, en die verdwijnen nogal eens, zodat we het vooral moeten doen met wat de kranten haalde.

Hij organiseerde in zijn beginjaren bij de club ook bijzondere evenementen. Zo kreeg ik van hem een uitgebreid krantenbericht over de simultaanseance die hij halverwege de jaren 1970 had georganiseerd waarin de toenmalige topspelers Jan Timman en Gennadi Sosonko het tegen tientallen tegenstanders opnamen. Ook voor die tijd was zo’n gebeurtenis geen kleinigheid.

Lange jaren speelde hij in ons eerste team en ik bewaar goede herinneringen aan onze vele reizen met zijn hybride auto, één van de eerste die op de markt was, volgens mij. Op donkere avonden reden we langs Frieslands dreven en filosofeerden dan over onze tegenstanders en de voor- en tegenspoed die we die avond hadden ervaren.
Enige tijd speelden we ook samen in de competitie van de Oostelijke Schaakbond, als versterking voor het team van de Urker schaakclub Het Briesend Paard.

Enkele keren bezocht ik met hem niet alleen Friesland en het Gelderse, maar ook Wijk aan Zee, waar we op het Hoogovens/TataSteel-toernooi de verrichtingen van de grootmeesters gadesloegen. En Nico schijnt zich zelfs met Leendert Plat en Rob Kamminga aan buitenlandse schaakavonturen gewaagd te hebben.

Zijn laatste toernooi was het Kliffentoernooi in Rijs, in januari, waar hij de B-groep won.

Hij was ook fervent verzamelaar van schaakboeken. Ik herinner me dat hij een beetje verontwaardigd was, toen hij hoorde dat ik een deel van mijn schaakboeken naar de kringloop had gebracht: hij had er graag even naar willen kijken. De brand bij hem thuis enkele jaren terug, zal hem het nodige aan waardevolle schaakliteratuur gekost hebben.

Nico had een warme belangstelling voor de schaakgeschiedenis. Op de website van de Friese Schaakbond was enige tijd een rubriek waarin oude schaakfoto’s werden getoond. Daaraan droeg hij actief bij. Zo stuurde hij een foto van het Lonttoernooi in Jacobiparochie waaraan hij ergens in de jaren 1980 meegedaan moet hebben. De foto is wat vaag, maar de jongeman met baard, snor en trendy blokjestrui is zonder twijfel Nico.

De afgelopen jaren zagen we hem langzaam maar zeker minder en minder op de clubavonden. Hij verklaarde dat hij zijn oude maten Henk Valkema, Dries van der Vorm en Frank Frankema miste, met wie hij altijd na de clubavonden nog ging zitten klaverjassen. En wellicht vloeide de energie ook bij hem weg om zo’n hele avond geconcentreerd te blijven. Als ik hem belde om eens bij hem langs te komen, zei hij eerst dat hij helemaal niet wilde schaken. Maar zodra ik dan over het mooie spel begon, kwamen de stukken al gauw weer op tafel en analyseerden we er lustig op los. En bleek hij beter op de hoogte van de stand van het nationale en internationale schaakleven dan ik!

Nico had een gezonde kijk op het spel. Hij speelde met zwart openingen die bepaald agressief waren maar met wit was hij altijd wat voorzichtiger, misschien omdat hij het voordeel van wat “de voorzet” heet, dan koesterde.

Een week of 4 geleden belde ik Nico en bleek hij ineens aan een rolstoel gekluisterd door onverklaarbare rugpijn. In het schaken kennen we de term “krachtzet”. Het is een zet die je niet ziet aankomen, en die je bijna direct tot overgave dwingt. Nico heeft zo’n krachtzet over zich heen gekregen en is nu, zoals de rouwkaart meldt, matgezet. Ik had hem nog zoveel levensvreugde en schaakplezier gegund.

Frank Hoogenboom