Vorige week toonde ik een opgave uit het prachtige Lehr- und Handbuch der Endspiele van André Chéron waarin de witte koning me twee pionnen het opneemt tegen een koning met paard. Als aanwijzing gaf ik dat het paard zal proberen veld b8 te bereiken vóórdat de koning dit veld kan bestrijken en dat het dus aan wit is te verhinderen dat het zover komt. Hier volgt de oplossing:

De eerste zet ligt redelijk voor de hand: 1. Kd5 Na 1. Kc5 maakt zwart remise met Pe5 2. Kd6 Pc4+xb6 of 2. b7 Pd7+ en Pb8 en ook 1. b7 werkt niet na Pe5+ 2. Kd5 Pd7+ en Pb8 remise 1. .. Pe5 Belangrijk is dat zwart te laat komt na de alternatieven 1. .. Pe3+ 2. Kc5 en 1. .. Pf6+ 2. Kc6 en de b-pion loopt door. De vraag is echter, zoals zo vaak: wat nu? Op 2. Kd6 zou weer Pc4+xb6 volgen en op 2. b7 Pd7 en Pb8 met remise. En hier begint, klein maar fijn, de opmars van onze gladiator op g2! 2. g3+ Kf5 3. g4+! De eerste verrassing: na 3. .. Pxg4 volgt 4. b7 en wint en de koning kan niet slaan omdat het paard dan valt. 3. .. Kf6 Ook na 3. .. Kf4 zou de pion met 4. g5 Kf5 5. g6! onverstoorbaar zijn opmars voortzetten. 4. g5+ Kf5 5. g6! Kf6 Zwart kan de pion telkens maar níet slaan omdat dan het paard valt of de b-pion doorloopt. 6. g7 Kf7 7. g8D+ en wit wint! Een beter voorbeeld van de kracht van de pion is niet te vinden!

Inmiddels horen we uit Den Haag berichten dat er weer versoepelingen aankomen en als het zo doorgaat, kunnen we ons erop voorbereiden dat we wellicht elkaar in het nieuwe seizoen weer in de Ontmoeting kunnen treffen waarbij waarschijnlijk vrijwel eenieder die dat wil, gevaccineerd kan zijn. Ook de Schaakbond heeft gemeld dat we op zich binnenkort weer binnen zouden mogen schaken. Helaas is het nu net einde seizoen én de Ontmoeting blijft vooralsnog gesloten. Maar, wat in het vat zit verzuurt niet! Ik zie ernaar uit jullie weer te treffen achter het bord! Tot die tijd zal ik deze rubriek nog even voortzetten. Reacties via de mail blijven welkom.

Frank Hoogenboom

In de prachtige eindspelboeken van Chéron staat ook een hoofdstuk over de strijd tussen de koning+pionnen en koning+paard. De eerste studie die erin staat is al meteen een juweeltje. Wit speelt en wint, en zoals de grote Cruyff het placht te zetten: wat de kop van dit artikel betekent, ga je pas zien als je het doorhebt. Zwart zou zich kunnen redden door met zijn paard veld b8 te bereiken vóórdat de witte koning het kan afdekken. De vraag is op welke ingenieuze manier wit kan verhinderen dat het paard daar aankomt!

Uit Chéron Lehr- und Handbuch der Endspiele, deel 2 2e druk, studie nr 804

Wit: Kc4, pionnen b6 en g2
Zwart: Kf4, Pg4
Wit speelt en wint
Henri Rinck, Basler Nachrichten 20-2-1937

 

Frank Hoogenboom

Vandaag is het kandidatentoernooi in Jekatarinenburg hervat. Heerlijk om dat weer te volgen via internet, rechtstreeks of in de dagbeschouwing van Stefan Kuipers via Schaken.nl of het twitchkanaal van de KNSB.
Ik gebruik de maandagavond die nu vrijvalt doordat we elkaar niet kunnen ontmoeten, om in de eindspelencyclopedie van André Chéron weer zo'n pareltje op te zoeken. Vandaag kijken we weer naar de ondoorgrondelijke wegen van het paard:

 

Deze stelling, nummer 802 uit het genoemde boek, is verrassend genoeg gewonnen voor wit, ongeacht wie er begint! Volgende week geef ik de oplossing, voor nu 2 hints: 1. Kb4 wint níet en 2. zwart kán mat in de hoek!

 

Frank Hoogenboom

Vorige week liet ik een studie uit deel 2 van het Lehr- und Handbuch der Endspiele van André Chéron zien. Opmerkelijk is dat ik in het boek niet heb kunnen vinden wie de componist van deze studie is. Maar de vraag was dus: waarom wint Kb4 niet en wat wint er wél? Hieronder het antwoord.

 

Vorige week stelde ik twee vragen over een oude partij die ik van mezelf terugvond met een analyse erbij waarmee ik had proberen te bewijzen dat het pionneneindspel voor mij gewonnen was geweest. Hieronder de hele partij met mijn analyse van destijds en het antwoord op de twee vragen. 
De computer ziet natuurlijk meteen de zet die me destijds op de pijnbank had doen belanden, maar iets meer moeite heeft hij om toe te geven dat het pionneneindspel eigenlijk gewoon remise was... Hij blijft maar een score van +2 geven, terwijl hij de zetten herhaalt... Maar goed, wat ik van deze analyse weer geleerd heb is: zo'n pionneneindspel waarin de bovenliggende partij wel een pion meer heeft maar die pion een dubbelpion is, zal vaak remise zijn als de onderliggende partij maar kan verhinderen dat de tegenpartij binnendringt. DIt zal overigens de reden zijn dat ik over dit soort eindspelen nauwelijks iets terugvind in de eindspelboeken die ik heb (dus ook niet bij Chéron).